Naar inhoud springen

RS-232: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Code -> sjabloon
k komma
Regel 14: Regel 14:


== Connectoren - aansluitingen ==
== Connectoren - aansluitingen ==
RS-232 kan onderverdeeld worden in 'Data Terminal Equipment (DTE)' en 'Data Circuit-Terminal Equipment (DCE)', deze geven aan welke draden de signalen zullen zenden en ontvangen. (DCE staat niet voor 'Data Communications Equipment' zoals de meesten denken.) De norm raadt het gebruik van een 25 pins aansluiting aan (dit is dus niet verplicht). Meestal hebben de computers en beeldschermen DTE-connectoren en hebben modems en printers DCE-connectoren.
RS-232 kan onderverdeeld worden in 'Data Terminal Equipment (DTE)' en 'Data Circuit-Terminal Equipment (DCE)', deze geven aan welke draden de signalen zullen zenden en ontvangen. (DCE staat niet voor 'Data Communications Equipment', zoals de meesten denken.) De norm raadt het gebruik van een 25 pins aansluiting aan (dit is dus niet verplicht). Meestal hebben de computers en beeldschermen DTE-connectoren en hebben modems en printers DCE-connectoren.


De norm specifieert 20 verschillende signaalverbindingen. De pennen voor massa (GND), verzonden data TD en ontvangen data RD worden altijd gebruikt, de overige pinnen worden bij veel apparaten niet gebruikt. Zo werden om geld en ruimte te besparen kleinere connectoren ontwikkeld. Vooral de 9 pin D-sub(miniatuur) [[D-sub|DB-9]] connector wordt vaak bij PC's en bij andere toestellen gebruikt. [[D-sub|DB-25]] en DB-9 connectoren zijn meestal vrouwelijk op het toestel. Recentelijk zijn de 8 pin [[RJ-45]] connectoren gebruikelijk, maar ook hier is er een grote verscheidenheid in de toekenning van de pinnen. Standaard EIA/TIA 561 specificeert een bepaalde pintoekenning, maar de "Yost Serial Device Wiring Standard", uitgevonden door Dave Yost, wordt meestal op [[Unix]] computers gebruikt en vele andere toestellen volgen deze niet.
De norm specifieert 20 verschillende signaalverbindingen. De pennen voor massa (GND), verzonden data TD en ontvangen data RD worden altijd gebruikt, de overige pinnen worden bij veel apparaten niet gebruikt. Zo werden om geld en ruimte te besparen kleinere connectoren ontwikkeld. Vooral de 9 pin D-sub(miniatuur) [[D-sub|DB-9]] connector wordt vaak bij PC's en bij andere toestellen gebruikt. [[D-sub|DB-25]] en DB-9 connectoren zijn meestal vrouwelijk op het toestel. Recentelijk zijn de 8 pin [[RJ-45]] connectoren gebruikelijk, maar ook hier is er een grote verscheidenheid in de toekenning van de pinnen. Standaard EIA/TIA 561 specificeert een bepaalde pintoekenning, maar de "Yost Serial Device Wiring Standard", uitgevonden door Dave Yost, wordt meestal op [[Unix]] computers gebruikt en vele andere toestellen volgen deze niet.

Versie van 2 sep 2012 05:50

Sjabloon:Zijbalk internetprotocollen

RS-232 is een standaard voor de communicatie tussen computers en randapparatuur of tussen computers onderling, meer bepaald voor seriële binaire data-communicatie.

Geschiedenis

De oorspronkelijke standaard beschreef de communicatie tussen een modem en een computerterminal. Hij werd in 1969 gepubliceerd door de Electronic Industries Association (EIA, sinds 1997 Electronic Industries Alliance) in samenwerking met de telefoonmaatschappij Bell en met de fabrikanten van communicatie-apparatuur[1]. Latere wijzigingen werden gepubliceerd als RS-232C en RS-232D.

De letters RS staan voor het Engelse Radio Standard of Recommended Standard. Sinds het begin van de jaren 1990 is het beheer van de RS-standaarden overgenomen door ANSI/EIA/TIA. Formeel bestaat RS-232 dus niet meer maar in het algemeen spraakgebruik leeft de term voort. De tegenwoordige officiële naam van de standaard is ANSI/EIA/TIA-232-F. Een vergelijkbare (maar niet gelijke) standaard is de ITU-T V.24 standaard.

De standaard werd het bekendst door zijn toepassing in de seriële poort van microcomputers zoals de IBM PC. Vanaf 2004 werden steeds vaker computers zonder seriële poort verkocht. Om oudere randapparatuur op een dergelijke nieuwe computer aan te sluiten, kan een USB/RS-232-omzetter gebruikt worden.

Signaalniveaus

De RS-232-standaard definieert de signaalniveaus die corresponderen met een logische één en een logische nul als plus of min 3 tot 15 volt; het gebied rond nul volt is geen geldig RS-232 niveau. Een logische één heeft een negatief signaalniveau, wordt 'mark' genoemd en heeft als functionele betekenis UIT (OFF), een logische nul is positief, wordt 'space' genoemd en heeft als functionele betekenis AAN (ON). De standaard specifieert een maximum van 25 V. Afhankelijk van de gebruikte voeding worden veelal signaalniveaus van ±5 V, ±10 V, ±12 V en ±15 V gebruikt. Een bekende omzetter van en naar TTL-niveau is de MAX232 van Maxim Semiconductors. Ook de snelheid waarmee de signalen moeten veranderen (stijg- en daaltijd of slew rate) is vastgelegd in de norm.

Connectoren - aansluitingen

RS-232 kan onderverdeeld worden in 'Data Terminal Equipment (DTE)' en 'Data Circuit-Terminal Equipment (DCE)', deze geven aan welke draden de signalen zullen zenden en ontvangen. (DCE staat niet voor 'Data Communications Equipment', zoals de meesten denken.) De norm raadt het gebruik van een 25 pins aansluiting aan (dit is dus niet verplicht). Meestal hebben de computers en beeldschermen DTE-connectoren en hebben modems en printers DCE-connectoren.

De norm specifieert 20 verschillende signaalverbindingen. De pennen voor massa (GND), verzonden data TD en ontvangen data RD worden altijd gebruikt, de overige pinnen worden bij veel apparaten niet gebruikt. Zo werden om geld en ruimte te besparen kleinere connectoren ontwikkeld. Vooral de 9 pin D-sub(miniatuur) DB-9 connector wordt vaak bij PC's en bij andere toestellen gebruikt. DB-25 en DB-9 connectoren zijn meestal vrouwelijk op het toestel. Recentelijk zijn de 8 pin RJ-45 connectoren gebruikelijk, maar ook hier is er een grote verscheidenheid in de toekenning van de pinnen. Standaard EIA/TIA 561 specificeert een bepaalde pintoekenning, maar de "Yost Serial Device Wiring Standard", uitgevonden door Dave Yost, wordt meestal op Unix computers gebruikt en vele andere toestellen volgen deze niet.

De volgende tabel toont de meest gebruikte RS-232 signalen en gebruikelijke pinnetjes :

Signaal DB-25 DB-9 EIA/TIA 561 Yost
Massa (Common Ground, GND) 7 5 4 4, 5
Verzonden data (Transmitted Data, TD) 2 3 6 3
Ontvangen data (Received Data, RD) 3 2 5 6
Data gereed (Data Terminal Ready, DTR) 20 4 3 2
Data ontvangen (Data Set Ready, DSR) 6 6 1 7
Verzoek tot zenden (Request To Send, RTS) 4 7 8 1
Gereed voor zenden (Clear To Send, CTS) 5 8 7 8
Verbinding gedetecteerd (Carrier Detect, DCD) 8 1 2 7
Oproep indicator (Ring Indicator, RI) 22 9 1 -

In plaats van RD en TD worden ook RxD resp. TxD gebruikt. De oorspronkelijke standaarden beschrijven het gebruik van RTS/CTS voor unidirectionele handshaking, waarbij RTS een verzoek tot verzenden aangeeft van DTE naar DCE, en de lijn CTS dit bevestigt. Dit was nodig indien de verwerkingssnelheid tussen DCE en DTE verschillend was. In modernere varianten van de RS-232 interface worden vaak twee DTE's met elkaar verbonden en worden RTS/CTS oneigenlijk voor symmetrische handshaking gebruikt, waarbij de DTE's met de RTS/CTS lijnen aan elkaar aangeven wanneer ze klaar zijn om data te ontvangen.

Zie ook

Referentie

  1. Joe Campbell, RS-232, (NL vertaling van The RS-232 Solution) Sybex 1991, ISBN 90-5160-332-0.
Zie de categorie RS-232 van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.