loontrekkend

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  loontrekkend    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈlontrɛkənt / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• loon·trek·kend

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  loon zn  en  trekkend ww 

	stellend
onverbogen	loontrekkend
verbogen	loontrekkende
partitief	loontrekkends

Bijvoeglijk naamwoord

loontrekkend

1. tegen periodieke betaling in dienst bij een baas

   • Die investeringen zorgen voor een enorme schuldenlast en de koopkracht van de loontrekkende Libanezen gaat er snel op achteruit. 

2. (verouderd) wegens vroegere of toekomstige diensten een periodieke vergoeding ontvangend

   • Als hij van zich zegt, dat hij geen Profeet of Prefeten-zoon was, bedoelt hij alleen, dat hij niet gelijk was aan de loontrekkende Profeten van Beth-el, die dit als een winstgevend ambt van hunne vaders overerfden. 

Verwante begrippen

• gesalarieerd

Gangbaarheid

• Het woord loontrekkend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.